Ik blog nooit in opdracht, maar wel op verzoek. De meeste boeken die ik hier bespreek heb ik met zo'n verzoek gekregen van de uitgevers. Dat betekent niet dat
zij -of wie dan ook- enige invloed kunnen uitoefenen op de inhoud van dit blog. Ik blog gewoon zoals ik er zelf over denk.

Reacties? Graag! Ik stel het zeker op prijs als mensen de moeite nemen om te reageren.
Heb jij ook een weblog over boeken? Ik ben nieuwsgierig, dus laat gerust een linkje achter in jouw reactie.


dinsdag 30 september 2014

Op zoek naar de pastoor

Mariët Meester – Hollands Siberië




De franciscaan Peter Rex wordt naar Veenhuizen gestuurd, ‘het slechtste dorp van Nederland’, waar eerder geen enkele pastoor het heeft kunnen uithouden. Hij komt er in 1936 in dienst van de rijkswerkinrichtingen. Vol vuur begint hij aan zijn taak en probeert tegelijkertijd het hiërarchisch georganiseerde justitiedorp te doorgronden.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog belandt hij samen met zijn huishoudster in het verzet. Ze krijgen bovendien een geheime liefdesrelatie, die steeds ingrijpender en gecompliceerder wordt. Hollands Siberië vertelt over de opkomst en de ondergang van een man die alleen ‘s nachts zichzelf kan zijn.

Terwijl 200 km hiervandaan Mariët Meester vanavond* haar boek presenteert, verzuip ik mezelf haast in mogelijkheden en invalshoeken voor de bespreking van Hollands Siberië. Want een gewone recensie wil ik niet schrijven, dit boek roept meer bij me op. Ik wil er verder in duiken, ik wil het boek ondergaan.

Hoe graag was ik vanavond “even” naar Veenhuizen gegaan om daar van dichtbij te zien wat ik gisteren en vandaag heb gelezen. Want dat vind ik het mooie van boeken die zo dicht tegen de historie aanschurken: je kunt ze opzoeken. Je kunt gewoon ter plaatse rondlopen en het verhaal voor je zien. Dat maakt het verhaal veel echter dan de vaak geromantiseerde filmversies die regisseurs bedenken. Zo nam ik een kleine vijftien jaar geleden mijn kinderen mee naar Bakkum, om daar ter plekke te zien waar het boek De Rode Zwaan van Sjoerd Kuyper zich afspeelde. De kids hadden ook de film gezien en herkenden daar het boek niet echt in. Hoe anders was het in het echte Bakkum, en dan vooral nadat we de Haagscheweg inliepen, en het bos daarachter. Bij elk huis en bij elke boom herkenden ze precies de scènes uit het boek. 
Later waren er steeds meer plaatsen die ik bewust bekeek vanuit een boek dat ik gelezen had. Zélfs als ik wist dat bepaalde onderdelen gefantaseerd waren, zoals bijvoorbeeld het Kerkhof der Vergeten Boeken uit De gevangene van de hemel van Carlos Ruiz Zafón. Ondanks die wetenschap had ik in Barcelona toch nog het idee dat het kerkhof zo om de hoek van dat ene kleine steegje kon liggen.

Gek eigenlijk, bij veel boeken die echt aan de fantasie ontspruiten wil ik bewust geen beeld zien, bang dat ze mijn eigen zorgvuldig opgebouwde beelden doen vervagen. Ik zal dus ook niet snel naar een boekverfilming kijken. Maar zodra een verhaal (bijna) echt is gebeurd, of beter gezegd: wanneer het zich afspeelt op plekken die echt bestaan, helpen beelden van die plaatsen mij juist om het verhaal 
kracht bij te zetten.
Heen en terug naar Veenhuizen is voor mij net iets meer dan 400 km, het is me te ver. Ik heb de boekpresentatie maar langs me heen laten gaan. 
Nu ik zelf niet in de voormalige strafkolonie rond kan lopen, helpt internet me gelukkig een handje. Stukje bij beetje heb ik vandaag een beeld opgebouwd van de pastorie waar pastoor Rex en zijn huishoudster woonden; de kerk die ernaast staat; de school met De Bijbel -de vader van de schrijfster was daar later hoofdonderwijzer- en de verschillende gestichten van de strafkolonie. Je kunt bijvoorbeeld online een kijkje nemen in de keuken van de pastoor, ofschoon daar inmiddels een heel ander aanrecht in staat en ook de rest van het meubilair is aangepast. Of je wandelt virtueel door de kerk, om het door Adolf Gantzert beschilderde gewelf te bewonderen. 
Zelfs de echte naam van de pastoor wordt al zoekende snel duidelijk, hoewel een voornaam nog steeds ontbreekt: pastoor Smits. 

En dan is daar opeens het moment dat ik bij Google op een thumbnail van een portret stuit. Het zal toch niet? Jawel, het portret van de pastoor, het voelt als een triomf! Het ziet er precies zo uit als Meester beschrijft. Pas later ontdekte ik dat de schrijfster het portret ook toont in een filmpje op haar website, maar dat kan de euforie van mijn vondst niet drukken. 

Zelfs enkele taalgrapjes uit het boek worden tijdens mijn onderzoekje duidelijk. Zoals een broeder die Broeder heet. Dat lijkt toch wel verdacht veel op de vader van de schrijfster: meester Meester. 

Het navlooien van allerlei lijntjes is voor mij een klein erfenisje uit mijn journalistieke verleden, maar het is vooral een manier om grip te krijgen op het verhaal. Zo'n zoektocht begin ik alleen als het verhaal me iets doet, als ik me nóg meer in wil leven in de personages. Of is het gewoon mijn manier om nog even langer in het verhaal te kunnen blijven? 

En als we het dan toch over het verhaal hebben: ik begrijp best dat alleen de omgeving en de situatie historisch zijn. Het overige is puur de interpretatie van de schrijfster. De meest intieme gedachten, uitlatingen en handelingen van de pastoor en zijn huishoudster zijn dus echt fictie. En dat brengt meteen het dilemma: ik denk dat een moderne, protestant opgevoede vrouw nooit de emoties en drijfveren van een man, en dan nog wel een katholieke priester in een totaal andere tijd, echt kan doorgronden. Voor zover ik het na heb kunnen zoeken, heeft de pastoor nooit iets opgeschreven over zijn relatie. Hooguit is er door officiële instanties iets geschreven in tuchtrechtelijke zin, maar dat is iets heel anders dan de emoties, overpeinzingen en drijfveren van de pastoor zelf. 

Het valt me op dat het verhaal duidelijk vanuit een niet-katholieke achtergrond is geschreven. Ik ben even oud als de schrijfster en ik ben uiterst katholiek opgevoed door de nonnen. In tegenstelling tot wat veel protestanten over ons denken, zijn wij wel degelijk grootgebracht met schuldbesef en boete. De biecht was echt geen witwasmiddel om daarna weer lekker verder te vozen. Deze pastoor heeft waarschijnlijk een heel moeilijke innerlijke strijd gevoerd, voordat hij zo ver was dat hij toe durfde geven aan zijn gevoel. En daarna zal het hem nog steeds heel veel moeite hebben gekost, omdat hij met zijn gedrag lijnrecht inging tegen alles wat voor hem heilig was. Dat lees ik nergens, naar mijn idee wordt de pastoor iets te gemakkelijk als levensgenieter weggezet. Hetzelfde geldt voor de naïviteit die Meester hem toedicht. De pastoor móet geweten hebben wat voor maatregelen de Heilige Roomsche Kerk in dit soort situaties altijd nam, en ook dat daar echt niet zo gemakkelijk onderuit te komen was. Uittreden was in die tijd taboe. Deed je het toch, dan was de rest van je leven -zacht gezegd- niet leuk. Zeker niet als je uittrad om een vrouw. Maar dat zijn dan ook het enige minpuntjes die ik in het verhaal kan vinden.

Hoe dan ook, het mag duidelijk zijn dat Hollands Siberië voor mij een indrukwekkend boek is. Niet alleen om het verhaal van de pastoor en zijn huishoudster, maar ook om de achtergronden van de strafkolonie Veenhuizen met zijn gestichten. 


* Hoewel dit blogbericht volgens afspraak pas op 30 september wordt gepubliceerd, heb ik het al een kleine 3 weken eerder geschreven.

Afbeeldingsbronnen: foto 1, foto 2, foto 3, foto 4.


Via Not Just Any Book kreeg ik deze tip:
Meer lezen over Veenhuizen, vanuit een ander perspectief? Dan heb ik nog een tip voor je:  Het pauperparadijs van Suzanna Jansen. Was destijds een bestseller.  


GELEZEN:

titel: Hollands Siberië
auteur: Mariët Meester
genre: roman
verschijningsdatum: 11 september 2014
uitgever: Arbeiderspers

Dit boek las ik in het kader van Een perfecte dag voor de Literatuur.
Lees hier wat andere boekbloggers ervan vonden.



Geen opmerkingen: